Schotertuin

Tussen 1862 en 1927

Tussen 1862 en 1927

In deze periode werd het vroegere gebied van Spaarnhove in onderdelen verkocht aan nieuwe eigenaren, de er tuin- en landbouw bedreven.
Langzaam aan werd het grootste deel weiland.
De Stichting Historisch Schoten vermeldt over de ontwikkelingen in heel Schoten het volgende op de site van de stichting.

Rond 1890 bestond de gemeente uit ruim 600 ha land. De boeren gebruikte ongeveer de helft als weideland voor hun vee en de andere helft was hooiland. Door de grondsamenstelling, een combinatie van veen en zand, was er nagenoeg geen akkerbouw te vinden en waren de boerderijen bijna allemaal veeteelt bedrijven. Op de zandwallen die als uitlopers van de duinen door het Schoter grondgebied liepen, ontstonden paden en weggetjes, omdat deze in tijden van regen nog droog bleven. Veel van de boerderijen waren om dezelfde reden aan zo’n pad gelegen, of op een natuurlijke verhoging met vaste zandgrond, die men een ’plaat’ noemde.

Hiernaast en -onder prentbriefkaarten uit ongeveer 1900 met bollenvelden van Spaarnhove in Schoten.

Blijkbaar was in ieder geval een deel van het vroegere landgoed in gebruik bij bollenboeren. Ook in de literatuur worden regelmatig de bollentelers van Schoten vermeld. Zelfs de R.K. kerk had rond 1893 een stuk grond in gebruik van een bollenteler waar door de kerk bollen op geteeld mochten worden “tot een godsdienstig doel”. De opbrengst van die bloembollenakker was voor een derde deel voor de armen en voor de rest voor de bouw van een school bestemd (de latere St. Bavoschool).

Lees verder: